Vitamine D is een echte multitasker en doet veel goeds voor je lichaam. Niet alleen houdt het je spieren gezond en voorkomt het spierkrampen, ook zorgt het voor een goede werking van je immuunsysteem. Een tekort aan deze supervitamine wil je dus liever voorkomen, maar het is een veelvoorkomend probleem – zeker in de winter.
Vitamine D kan je opnemen via zowel zonlicht als voeding, waarbij zowat een derde van de vitamine D-behoefte wordt aangeleverd door wat je eet. Melkproducten, eieren, margarines, vette vis en vlees bevatten bijvoorbeeld veel vitamine D. Een gevarieerd eetpatroon aanhouden is dus de boodschap!
Maar voeding alleen volstaat niet om voldoende vitamine D op te nemen: twee derde van je vitamine D-opname is namelijk afhankelijk van je blootstelling aan zonlicht. Volgens de Nederlandse Gezondheidsraad moet je dagelijks een kwartier tot een halfuur doorbrengen in de buitenlucht, wanneer de zon hoog aan de hemel staat. Je hoofd en je handen moeten daarbij onbedekt zijn, zodat het zonlicht tot bij je huid geraakt. Voldoende zonlicht is echter niet altijd evident, zeker in de wintermaanden. Hoewel je ook op grijze dagen vitamine D opneemt uit zonlicht is dat aandeel kleiner dan in de zomer. Dat verklaart waarom veel Belgen een vitamine D-supplement moeten nemen in de wintermaanden.
Wanneer je (tijdelijk) niet voldoende vitamine D opneemt via de huid kan je dat onmogelijk compenseren met voeding en haal je de aanbevolen hoeveelheid vitamine D niet. Die werd door de Europese Overheid vastgelegd op 10 microgram per dag voor volwassenen, kinderen en adolescenten. In het geval van een tekort zijn supplementen aangewezen.
Je weerstand nog meer versterken? Lees hier hoe je dat doet!